Mythes van veilige bestrijdingsmiddelen

Op weg van de IFOAM conferentie in Istanbul naar huis heb  het boek gelezen dat Andre Leu, de voorzitter van IFOAM geschreven heeft. Hij ontzenuwd daarin de vermeende waarheden over het veilig gebruik van chemische  bestrijdingsmiddelen.  In vijf hoofdstukken geeft hij aan waarom de claims dat gewasbeschermingsmiddelen, zoals ze tegenwoordig genoemd worden, niet zo veilig zijn als voorgewend  wordt door overheden en industrie. Soms is het een bevestiging van wat je al wist, soms had je al een vermoeden en soms is het een eye-opener hoe zaken verdoezeld en bewust achtergehouden worden en is de schokkende vraag wie er nog te vertrouwen is en welke belangen gediend worden.

Het grondig testen van middelen blijkt niet zo grondig te zijn. Dat je er niet binnen twee weken dood aan gaat (de LD50) wil nog net zeggen dat dat op de lagere termijn niet zou kunnen gebeuren. Bijna geen enkel bestrijdingsmiddel is getest op de (lange termijn) effecten op bijvoorbeeld invloed op hormonen, vruchtbaarheid en afwijkingen, verstandelijke vermogens, zenuwgestel. Bovendien wordt vaak alleen de werkzame stof getest en de begeleidende stoffen worden geacht onschadelijk te zijn, wat bewezen onwaar is. Om de nu goedgekeurde bestrijdingsmiddelen op al deze onderdelen grondig te testen, zijn miljarden nodig in de komende tientallen jaren.

Er is slecht weinig nodig wil nog niet zeggen dat ze dan minder gevaarlijk worden. Sommige middelen zijn niet af te wassen omdat ze niet aan de buitenkant zitten maar in de plant opgenomen worden, in het blad of de vrucht zitten. Hoe minder middel, hoe minder gevaarlijk blijkt niet waar te zijn. Een aantal middelen wordt juist in zeer kleine hoeveelheden erg gevaarlijk  omdat ze gaan reageren als hormonen en/of de werking daarvan beïnvloeden.

Dat bestrijdingsmiddelen binnen de kortst mogelijke tijd afgebroken worden en daarom niet meer giftig zijn, wordt ontzenuwd, ook nu weer goed onderbouwd met resultaten van onderzoek. De afbraakproducten zijn in sommige gevallen zelfs nog giftiger dan het oorspronkelijke middel.

Het meest schokkend is de mythe van de betrouwbare autoriteiten die middelen beoordelen en toelaten voor gebruik. Het grotendeels negeren van ontelbare resultaten van onafhankelijk wetenschappelijk onderzoek door die beoordelings-instanties. Het baseren van toelating van middelen op, vaak niet publiek beschikbare gegevens van fabrikanten. Het verhogen van de grenzen voor residuen die aangetroffen mogen worden op voedsel omdat middelen anders niet meer gebruikt mogen worden,  het toestaan van middelen de in andere landen al lang verboden zijn.

We sterven de hongerdood als we geen bestrijdingsmiddelen gebruiken. Na het lezen van het boek ben je bijna verbaasd dat we nog leven ondanks de bestrijdingsmiddelen, al is dat voor veel mensen een leven met allerlei ziekten en ongemakken als gevolg van bestrijdingsmiddelen. De vraag is niet of een landbouw zonder bestrijdingsmiddelen de wereld kan voeden, de vraag is wanneer de geïndustrialiseerde landbouw er achter komt dat zij bewezen hebben dat niet te kunnen. De productieverhoging van voedsel is vooral afhankelijk van kleine boeren in zich ontwikkelende landen, zonder chemie en met gebruikmaking van de natuur. 

Lezen dat boek: The Myths of safe pesticides. Geschreven door Andre Leu. ISBN 978-1-60173-084-8 voor de papieren versie, ... -5 als ebook en ...-2 als ebook mobiel.